FR NL
Heetwatertrein

Inzet heetwatertrein heeft verfijning nodig en rijdt voorlopig niet uit

Heetwatertrein 2023, Infrabel

De ‘heetwatertrein’ van Infrabel blijft voorlopig binnen staan. Infrabel testte de trein vorig jaar om het onkruid te bestrijden. De spoorbeheerder vindt de resultaten van de trein weliswaar goed, maar wil het concept eerst verder verfijnen.

Sinds vele jaren maakt Infrabel gebruik van een combinatie van maatregelen ter bestrijding van het onkruid en de vegetatie in en langs de sporen. Infrabel beschikt over ongeveer 6.500 kilometer hoofdsporen en in totaal 9.000 kilometer sporen – inclusief de bijsporen – op het Belgische spoornet. In juni 2022 heeft Infrabel een prototype van de heetwatertrein voorgesteld en worden er testen uitgevoerd. Deze trein van 180 meter lang sproeit – zoals de naam doet vermoeden –  heet water op de sporen, waarmee de groei van onkruid vertraagd wordt. De techniek wordt beschouwd als één van de oplossingen om het gebruik van pesticiden (zoals glyfosaat) te verminderen.

Bemoedigende resultaten

De testresultaten zijn volgens Infrabel weliswaar bemoedigend maar tonen tevens aan dat de trein in zijn huidige configuratie geen toereikend middel is om het volledige spoornet onkruidvrij te houden Verdere ontwikkelingen zijn nodig om bijvoorbeeld de werksnelheid te verhogen (nu kan de trein maar 20 kilometer per uur rijden), de begroeiing te detecteren en dat proces te automatiseren (om enkel het aanwezige onkruid in de ballastbedding en de veiligheidspistes te behandelen), de aansturing van de sproeikoppen te automatiseren en het water- en energieverbruik te vergroenen.

In afwachting van de verfijning/verbetering van dit eerste concept rijdt de heetwatertrein momenteel niet uit. “Op basis van de testen en analyses zullen we ook kunnen bepalen hoeveel treinen er nodig zijn om aan de behoeften van het spoornet te voldoen, rekening houdend met de huidige financiële middelen”, zegt Frederic Petit, woordvoerder van Infrabel. “Zo kunnen ook de nodige budgetten hiervoor worden bepaald. Er moeten ook de nodige procedures worden gevolgd en de nodige vergunningen worden verkregen, iets waar we ons de komende periode op gaan concentreren.”

Oplossing

De heetwatertrein zou volgens Infrabel in de toekomst één van de oplossingen kunnen zijn voor de onkruidbeheersing in combinatie met andere maatregelen: alternatieve en preventieve technieken. “Samengevat zijn er dus de mechanische technieken, de alternatieve aanplanting en de elektrische technieken. Bij de afweging van deze technieken en alternatieven wordt de veiligheid van de spoorexploitatie, werknemers en reizigers vooropgesteld. Er wordt ook gekeken of de technieken operationeel, technisch en financieel haalbaar zijn én de globale milieu-impact wordt overwogen.”

Het doel van Infrabel is om het gebruik van herbiciden/chemische stoffen te verminderen en een beroep te doen op andere middelen en maatregelen. “We zetten dus ons actieplan verder om het aantal herbiciden te verminderen en te vervangen door milieuvriendelijkere en technisch/economisch haalbare alternatieven”, zegt Frederic Petit. “De nadruk ligt op de vermindering van de behandelde oppervlakte van de bijsporen en van specifiek gevoelige zones. In de bijsporen, zoals de rangeerstations, wil dit actieplan de behandelde oppervlaktes tegen eind 2023 met de helft verminderen.”

Afwijkingen

De afwijkingen op het pesticideverbod en het gebruik van chemische middelen (glyfosaat) door de regionale overheden (Vlaanderen, Wallonië, Brussel) blijven noodzakelijk om het aantal interventies in de sporen te beperken en zo ook de impact op de regelmaat van de treinen te beperken. “De alternatieve technieken kunnen immers nog niet structureel op grote schaal worden toegepast”, zegt Petit. “Onkruidbestrijding betreft de veiligheid voor het treinverkeer: in de ballastbedding want de ballast (steenslag die als schokdemper dient) zorgt voor stabiliteit en vele vegetatie zou kunnen lijden tot verzakkingen van het spoor en/of het zicht op de seinen verhinderen. Veiligheid voor ons personeel dat zich langs de sporen moet kunnen bewegen in de zogenaamde ‘veiligheidspistes’ (dienstpaden) naast het spoor.”

Sproeitrein

Voor de hoofdsporen maakt Infrabel gebruik van een gerichte sproetrein die normaal gezien twee maar per jaar wordt ingezet (in het voorjaar + het najaar). Deze trein wordt gehuurd van een private partner (via een openbare aanbesteding, momenteel Weedfree) zoals de andere Europese infrastructuurbeheerders dit ook doen. Voor de bijsporen (vb. in rangeerstations) maakt infrabel gebruik van manuele, mechanische technieken (maaien, wieden, rooien). Daarnaast onderzoekt Infrabel en wisselt het sinds vele jaren gegevens uit met andere infrastructuurbeheerders en werkt het ook samen met universiteiten en labo’s om bioherbiciden (biologische onkruidverdelgers) te ontwikkelen en milieuvriendelijkere technieken.

Auteur: Matthias Vanheerentals