13 nieuwe stelplaatsen of onderhoudscentra voor De Lijn

CAF tram arriveert op de stelplaats in Antwerpen
CAF tram arriveert op de stelplaats in Antwerpen@De LIJN

De Lijn gaat volop voor klimaat-neutrale, moderne en toekomstbestendige gebouwen. De Lijn heeft een visiedocument opgesteld dat omschrijft hoe ze in de toekomst wil omgaan met haar patrimonium. Doel is dat alle gebouwen modern, duurzaam en kwaliteitsvol worden en dat ze de kerntaken, de missie en doelstellingen van De Lijn ondersteunen.

Zo wil de vervoersmaatschappij starten met de grondige renovatie van 4 locaties en de bouw van 13 nieuwe stelplaatsen of onderhoudscentra. De Lijn zal ook 8 stelplaatsen en 5 onderhoudscentra integreren in andere locaties. De betrokken chauffeurs en technici zullen verhuizen naar naburige locaties. Ze krijgen allemaal de nodige communicatie en individuele begeleiding.

Duurzame sites

Zo wil De Lijn moderne, veilige en ergonomische werkplekken voor de (toekomstige) werknemers creƫren. De gebouwen worden conform alle opgelegde normen op vlak van energie en milieu opgetrokken en ze stroken met de doelstellingen van het openbaredienstencontract op vlak van efficiƫntie, duurzaamheid en reizigerscomfort.

Er werd ook gekeken naar heel wat criteria, zoals de beste ligging en capaciteit van stelplaatsen in functie van het aanbod basisbereikbaarheid, de eigendomssituatie van het gebouw en terrein en de bijhorende vergunningen, alsook de algemene staat (gebouw, terrein, milieu, energieverbruik). En tot slot moeten stelplaatsen en onderhoudscentra geschikt zijn voor de elektrificatie van de bussen.

Leidraad

Zo kwam De Lijn tot een leidraad die richting geeft over welke gebouwen best grondig gerenoveerd worden, waar er nieuwe sites gebouwd worden en welke sites verlaten worden. De komende jaren zal De Lijn de visie regelmatig evalueren en bijsturen in overleg met de betrokken partijen, op basis van mogelijk nieuwe inzichten en ontwikkelingen.

De strategische visie leidt ertoe dat De Lijn dringend werk wil maken van een aantal locaties. Van nu tot 2027 wil De Lijn starten met de grondige renovatie van 4 stelplaatsen, de bouw van 13 nieuwe stelplaatsen/onderhoudscentra (al 3 projecten in uitvoering) en de integratie van 8 stelplaatsen en 5 onderhoudscentra in andere locaties.

Te klein

Acht stelplaatsen zijn te klein, te sterk verouderd en voldoen niet aan de bovenstaande criteria. Het gaat om de sites van Aarschot, Diksmuide, Geluwe, Londerzeel, Mol, Tremelo, Westerlo en Zwevezele. De betrokken chauffeurs zullen verhuizen naar een andere, naburige stelplaats tegen 1 juli 2025.

Ook een aantal onderhoudscentra voldoen niet meer aan de huidige standaarden en laten niet toe om aan moderne, nieuwe voertuigen te sleutelen. Voor de onderhoudscentra (OC) zullen de activiteiten van het OC van Berchem (Zurenborg) en dat van Mechelen verhuizen naar OC in Rumst dat in 2024 in gebruik wordt genomen. In Mechelen blijft er wel een loods voor klein onderhoud dat door mobiele teams uit de regio zal uitgevoerd worden.

Stelplaats

Ook het OC van Anderlecht is sterk verouderd en te klein geworden, de activiteiten verhuizen naar het OC van Leerbeek of OC Dilbeek. De stelplaats Anderlecht blijft bestaan, maar het geplande onderhoud gaat naar Dilbeek en Leerbeek. Ook Anderlecht behoudt een loods waar mobiele teams kleine herstellingen kunnen uitvoeren. Tot slot wordt het OC Lanaken geĆÆntegreerd in Winterslag (Genk) en verhuizen de activiteiten van het onderhoudscentrum van Kessel-Lo naar een nieuw centrum op de bestaande site van Leuven Noord.

Impact voor betrokken medewerkers

De medewerkers van de locaties die geĆÆntegreerd worden in andere locaties worden allemaal persoonlijk op de hoogte gebracht en begeleid.Ā  “Als organisatie hebben we alle begrip dat deze veranderingen een grote impact kunnen hebben op onze betrokken medewerkers”, zegt Ann Schoubs, directeur-generaal. “Verhuizen vergt een grote aanpassing. We voorzien daarom een uitgebreide interne communicatie, contactmomenten in de betrokken stelplaatsen en OC’s waarop de leidinggevenden beschikbaar zijn voor alle vragen en bezorgdheden en individuele begeleiding voor alle betrokken chauffeurs en technici om de verandering van werkplek zo goed mogelijk op te vangen.”

Auteur: Matthias Vanheerentals